Dronkenschap in het verkeer

Rijden onder invloed is één van de meest risicovolle gedragingen in het verkeer.

Veel mensen denken daarbij vooral aan alcoholintoxicatie, het overschrijden van de wettelijke alcohollimiet.

Minder bekend is dat ook dronkenschap, een afzonderlijke overtreding, ernstige gevolgen kan hebben.

Wat is dronkenschap?

Dronkenschap verwijst naar de feitelijke staat van een bestuurder die lichamelijk of geestelijk niet meer in staat is om een voertuig veilig te besturen.

Het gaat dus niet om een meetbaar alcoholgehalte, maar om zichtbare tekenen van ongeschiktheid.

Veelvoorkomende aanwijzingen zijn onder meer:

• wankelend of slingerend rijgedrag;
• onsamenhangende spraak of vertraagde reacties;
• evenwichtsverlies;
• opvallende geagiteerdheid of sufheid.

Deze toestand kan het gevolg zijn van alcohol, drugs, medicatie of een combinatie van middelen.

Let op!

De wetgever maakt een duidelijk onderscheid tussen alcoholintoxicatie en dronkenschap:

• Alcoholintoxicatie: een objectief meetbaar alcoholgehalte dat de wettelijke limiet overschrijdt.
• Dronkenschap: een feitelijke toestand van duidelijke ongeschiktheid, ook zonder meetbare waarden.

Beide zijn afzonderlijke overtredingen. Dat betekent dat u tegelijk voor beide inbreuken kan worden vervolgd en gestraft.

Hoe stelt de politie dronkenschap vast?

In tegenstelling tot alcoholintoxicatie, waarvoor een ademanalyse of bloedproef nodig is, wordt dronkenschap vastgesteld op basis van:

• observaties van de politie;
• uw gedrag tijdens de controle;
• eventuele getuigenissen;
• een medische vaststelling wanneer er twijfel bestaat over de oorzaak.

Er is geen promillemeting nodig om iemand in staat van dronkenschap te verklaren. De beoordeling is feitelijk, maar moet uiteraard goed onderbouwd zijn.

Wanneer de politie vaststelt dat u niet langer rijvaardig bent, kan zij onmiddellijk ingrijpen en u verbieden om verder te rijden.

Welke straffen riskeert u bij dronkenschap?

Dronkenschap wordt streng bestraft omdat een bestuurder in deze toestand een rechtstreeks gevaar vormt voor zichzelf en voor anderen.

Na vaststelling legt de politie een tijdelijk rijverbod van twaalf uur op. Deze onmiddellijke maatregel dient om gevaarlijke situaties te vermijden zolang uw toestand niet stabiel is.

Bij een veroordeling kunnen onder andere volgende maatregelen worden opgelegd:

• een geldboete van 200 tot 2.000 euro (te vermenigvuldigen met de opdeciemen);
• een rijverbod van één maand tot vijf jaar, of zelfs levenslang;
• opgelegde herstelonderzoeken om uw rijgeschiktheid opnieuw te beoordelen;
• de mogelijkheid tot het opleggen van een alcoholslot voor één tot drie jaar.

Herhaling

Bij een herhaling binnen drie jaar na een eerdere veroordeling voor dronkenschap riskeert u:

• een gevangenisstraf van één maand tot twee jaar;
• een geldboete van 400 tot 5.000 euro (te vermenigvuldigen met de opdeciemen).

Bij een nieuwe herhaling binnen drie jaar na de tweede veroordeling worden zowel de geldboeten als de gevangenisstraffen verdubbeld.